Triathlon anno 2025: sneller, wetenschappelijker... maar ook leuker?
In dit artikel:
Bert Flier (Trikipedia) signaleert dat triatlon steeds meer richting Formule 1 schuift: materiaal, data en wetenschap bepalen in toenemende mate wie wint. Waar vroeger een dichte achterwiel al als high-end gold, zie je nu frequent 3–5-spaakswielen, volledig op maat gefabriceerde cockpits uit 3D-printers en futuristische tijdrithelmen. Windtunneltesten en bikefits zijn geen luxe meer maar winstmachines: wie ze overslaat laat volgens Flier zomaar kostbare watts liggen.
Als voorbeeld beschrijft hij zijn eigen race in augustus tijdens triathlon Epe op een geleende Cadex met dicht achterwiel en vierspaaksvoorwiel, maar zonder geavanceerde cockpit of bikefit. Met 280 watt reed hij gemiddeld 38 km/u (2u22). Een bekende van hem, Bas van der Gaag, trapte ook 280 watt maar kwam 15 minuten eerder binnen (2u11), ondanks een kettingprobleem. Het verschil verklaart Flier primair uit aerodynamica — Bas had zelfs een geprint bidonhouder toegevoegd voor een paar extra watts. Zulke kleine technische voorsprongen worden steeds nadrukkelijker: atleten laten aero-testen uitvoeren vlak voor wedstrijden om minutenwinst te behalen.
Naast aerodynamische verbeteringen is ook het ‘motorvermogen’ van atleten gegroeid. Wattagemeters, ooit zeldzaam rond 2000, zijn nu standaard. Trainingskennis is sterk toegenomen en apps gevoed met AI helpen wattages efficiënt over een parcours te verdelen. Materialen en voeding hebben eveneens een sprong gemaakt: where Flier in 2001 nog bijna kapot liep op minimalistische schoenen tijdens Almere, bestaan er nu zeer dempende en prestatieve ‘valsspeel’-schoenen die minder spierschade geven. De voedingsstrategieën zijn geëvolueerd van circa 80 g koolhydraten per uur naar meer dan het dubbele, wat vooral in de tweede marathonhelft scheelt.
Flier waardeert de pioniersgeest in triatlon, maar betreurt dat de romantiek van vroegere tijden verdrongen wordt door technische verfijning en wetenschap. De sport wordt sneller en toegankelijker in de zin dat ook age-groupers profiteren, maar daarmee groeit ook de vraag aan individuele keuzes: hoe ver wil je gaan in professionaliseren van materiaal en training, en wat doet dat met het plezier in de sport?
Persoonlijk genoot Flier in Epe vooral van het spelletje triatlon zelf, niet van een perfecte CdA of superuitrusting. Hij nodigt lezers uit die grenzen willen verleggen én plezier willen houden om contact op te nemen voor coaching in Utrecht (bertflier@3in1sports.com), waar koffie en meetapparatuur klaarstaan.